4. Vraag van de heer Borkent betreffende een
waterkraan achter bij de papiermachines.
Er schijnt daar een aftapkraan geweest te zijn
die nu echter niet meer nodig is; er moet nog
ergens een fontein zijn en men zal bekijken of
het water daar loopt.
De heer Borkent zegt dat de fontein er wel is
(van de verstuiver). Men zal nu bekijken of er
water door de leiding loopt en of er een afvoer
is zodat men deze leiding hiervoor zal kunnen
gebruiken.
Notulen vergadering d.d. 26-10-1966:
Deze worden goedgekeurd.
De heer Beunk vraagt of iedereen aan de actie
voor Tibetaanse vluchtelingen heeft meegedaan,
waarop de Voorzitter antwoordt dat plm. 5 a 6
^^personen niet hebben meegedaan.
2b. Jaaroverzicht 1966.
De Voorzitter geeft thans een overzicht wat het
jaar 1966 voor Ter Horst Co. N.V. heeft
betekend.
(Wij verwijzen kortheidshalve naar het jaar
verslag over 1966 zoals dit in „Het Anker"
Kerstnummer 1966 voorkomt).
Hierna vraagt de Voorzitter of er naar aan
leiding van dit verslag nog vragen zijn of dat
men nog het e.e.a. gaarne nader verduidelijkt
had gezien.
De heer Kiers komt terug op de opmerking van
de Voorzitter dat men thans selecteert met de
aanname van nieuwe personeelsleden en vraagt
zich af of de wevers die worden aangenomen
wel een voldoende opleiding krijgen. Resp. of
deze niet te kort is. De Voorzitter antwoordt
dat wij 2 systemen hiervoor hebben; de ene op
leiding betreft de jonge jongens; deze krijgen
^gen zeer goede opleiding; wij hebben dit jaar
^felukkig weer veel jonge jongens aan kunnen
nemen hetgeen wij niet verwacht hadden; op
t moment hebben wij 18 jongens voor de op
leiding tot wever en in het vormingsonderwijs.
Wat de opleiding van de ouderen betreft weet
spreker niet of hier voldoende aandacht aan
wordt besteed, doch moet dat wel aannemen;
zij worden geplaatst bij wevers die men geschikt
acht om deze ouderen op te leiden. Naar deze
opleiding en de tijdsduur daarvan zal eens ge-
informeerd worden.
De heer Beunk vraagt of het ondernemings
klimaat hier in Nederland inderdaad zo slecht
is als door de Voorzitter naar voren gebracht.
De Voorzitter antwoordt dat dit momenteel nog
niet het geval is, maar men kijkt wel naar de
plannen die betreffende het Ondernemingsrecht
op stapel staan.
Het is momenteel nog niet zo, maar men streeft
naar grotere medezeggenschap in de onder
nemingen door personen die er helemaal geen
verstand van hebben. Iedereen kan een bedrijf
beginnen en als het dan goed gaat is men blij,
nu komt er een ander die in dit bedrijf mede
zeggenschap wil hebben. Dit is heel onaange
naam want per slot heeft de persoon zelf alleen
het risico voor alles gelopen en op een gegeven
moment als de boel goed loopt wil een ander
een vinger in de pap krijgen.
Het is momenteel zo dat veel Amerikaanse be
drijven die hier willen komen, om deze reden in
andere landen o.a. België gaan beginnen. De
Voorzitter meent dat het gehele klimaat niet
lekker ligt. Zo hebben wij in ons bedrijf 3 weken
lang looncontrole gehad; wat ze hiermee willen
bereiken is een grote vraag, alleen houden ze
hier op kantoor de mensen van het werk met
hun vragen. Voor de controle krijgen wij toch
ieder jaar een enquête voor de statistiek waar
mee alle eventuele loonmanipulaties onmogelijk
worden; als een groot bedrijf kun je nu een
maal toch niets verdoezelen.
De heer Seppenwoolde is van mening dat de
Voorzitter over e.e.a. wel wat te zwaar denkt,
spreker gelooft n.l. niet dat de regering het er
bewust op aan stuurt om in Nederland een
chaos te brengen. De Voorzitter zegt dat de
bedoeling ook niet is om er een chaos van te
maken, maar door de maatregelen die worden
genomen, zijn er bedrijven die zich o.a. in
andere landen gaan vestigen zoals Nijverdal-
ten Cate nu doet en in Griekenland gaat be
ginnen.
De heer Seppenwoolde vraagt zich af waar de
schuld ligt dat de produktiestijging niet hoger
is.
De Voorzitter zegt dat wij hier niet van schuld
kunnen spreken; het komt door het economisch
bestel; de produktiestijging is 5%, terwijl de
loonstijging 10% is; de consumptiesector wordt
dus 5% groter, maar het produkt is er niet en
de produktie van dat produkt moet juist ver
hoogd worden; spreker gelooft dat men heel
voorzichtig moet zijn met de loonsverhoging
voor 1967 omdat dit toch voor het grootste deel
weer wordt besteed.
De heer Seppenwoolde vraagt verder, i.v.m. het
feit dat de produktie van de Spinnerij lager ligt
dan die van de Weverij, of er meer vraag is
17