Ondernemingsraad-
vergadering
op donderdag 1 dec. 1966
Aanwezig de heren: H. Jordaan, G. J. van
Putten, J. H. Seppenwoolde, A. Borkent, J.
Spenkelink, J. H. Nijland, G. J. J. Beunk, J.
Bruins, J. W. Baan, J. Heuver, G. Kiers, G.
Wessels, G. Tijhof, W. Harbers, T. Leusink en
V. K. Pavlicek.
De heer J. Harbers was verhinderd de ver
gadering bij te wonen.
De Voorzitter, de heer Jordaan opent met een
welkomstwoord de vergadering.
2a. Notulen:
Vergadering d.d. 3.6.1966; hierop zijn geen op-
of aanmerkingen; de vragen gesteld in deze
vergadering zijn reeds in één der vorige ver
gaderingen behandeld.
Vergadering d.d. 8.7.1966:
De notulen worden zonder op- of aanmerkingen
goedgekeurd.
De vraag van de heer Kiers betreffende toilet
ten in de Geurne is opgenomen met de heer
Bouma. Men vindt het nog niet nodig om daar
toiletten bij te maken. De heer Kiers meent dat
dit wel nodig is; bovendien moeten de mensen
nu te ver lopen naar de toiletten. Het wordt
nu nog erger nu er weer nieuwe getouwen bij
komen.
De Voorzitter zegt dat dit punt nog weer ge
noteerd zal worden.
Vergadering d.d. 30.8.1966:
De heer Borkent zegt dat hij niet heeft ge
sproken over kranen maar over kraan; (blad 4
onderaan)dit zal in deze notulen opgenomen
worden.
Verder worden deze notulen goedgekeurd.
Vragen:
1. Vraag betreffende de airconditioning; vol
gens de heer Boonstra is deze nu klaar en is
goed ook.
De heer Borkent zegt dat deze nog niet hele
maal goed werkt omdat het er 's morgens ten
hoogste 17° is, dus te koud (d.i. bij de papier
machines; in de Spinnerij is het wel 21°; tusserAv
deze afdelingen is altijd een verschil). De heer
Borkent stelt daarom voor een heater aan te
brengen aan de muur bij de papiermachines.
De heer Leusink zegt dat dit niet mogelijk is;
op die manier krijg je droge lucht er bij die de
vochtigheid bestrijdt en die is bij papier juist
nodig.
De heer Beunk merkt op dat de temperatuur in
de Spinnerij en Spoelerij goed is. De Voorzitter
zegt dat e.e.a. nog eens zal worden doorgegeven
zodat men erop geattendeerd is.
De heer Seppenwoolde vraagt of de bevochti
ging van het papier wel nut heeft. De Voor
zitter antwoordt dat dit wel het geval is.
De heer Borkent merkt nog op dat de warmte
's morgens erg belangrijk is.
2. Vraag van de heer Beunk betreffende de
watervoorziening in Spinnerij en Spoelerij Beek.
Deze vraag is doorgegeven en e.e.a. zou be
keken worden.
De heer Beunk zegt dat het nu weer primed
voor elkaar is.
3. Vraag van de heer Nijland betreffende een
waterkraan in Spoelerij Boomkamp. Dit is ook
doorgegeven en met de baas van de Spoelerij
zou opgenomen worden waar dit het beste aan
gelegd zou kunnen worden; het schijnt dat de
leiding die er vroeger lag, helemaal is verroest,
dus zou er een nieuwe leiding moeten worden
aangelegd. Volgens de baas zijn er echter wel
kranen in de buurt. De heer Nijland zegt dat
er vooraan een kraan in de Spinnerij en een
andere in de Bijvank is; beiden zijn dus nogal
ver weg van de Spoelerij Boomkamp.
16