Wanneer u een konifn was
langer zodat men daarvoor zaterdagsochtends vrij kan
zijn.
De voorzitter merkt op dat dit punt in Almelo wel
iets anders ligt. De mensen hier gaan tussen de mid
dag n.l. allemaal naar huis (tenminste zij, die in Rijs-
sen wonen), terwijl men in een plaats als Almelo, waar
men veelal mensen van buiten heeft, met de schaft in
de kantine van de fabriek blijft.
De heer Waanders meent dat dit wel de oplossing is
voor een vrije zaterdag voor deze ploegen.
De voorzitter merkt op dat dit dan alleen voor de
Weverij en de Kalanderij zou kunnen omdat alleen in
deze afdelingen in deze ploegendienst gewerkt wordt.
De heer J. H. Seppenwoolde heet als secretaris van
de O.R., de heer Leusink van harte welkom in de
O.R. en spreekt hierbij de hoop uit, dat de samenwer
king tussen de heer Leusink en de O.R. prettig en van
lange duur mag zijn.
De heer Beunk brengt de moeilijkheden betreffende
het aanplakken van de aankondigingen in Spoelerij
Beek nog eens naar voren. Momenteel hangt men de
ze aankondigingen alleen bij de bazenkasten op, ter
wijl dit vroeger ook midden in de Spoelerij werd ge
daan.
Spreker zou graag zien dat de aankondigingen weer
regelmatig in de Spoelerij aangeplakt werden, hetgeen
de laatste tijd ook niet het geval is.
De heer Pavlicek antwoordt hierop, dat de aankon
digingen in twee-voud worden afgegeven in Spinnerij
Beek; één voor de Spinnerij en één voor de Spoelerij.
Aan de bazen is doorgegeven deze aankondigingen
ook regelmatig aan te plakken.
De heer Beunk zegt dat deze niet op de juiste plaats
aangeplakt worden. Zeer veel mensen komen niet
langs de uitgang bij de bazenkast maar gaan via een
andere uitgang naar de kleedkamers, zodat ze dan de
aankondigingen niet zien. Naar zijn mening moet men
de aanplakbiljetten weer midden in de Spoelerij neer
hangen zodat iedereen deze lezen kan.
De heer Waanders merkt hierover op, dat vroeger in
de Weverij Boomkamp de aankondigingen ook in het
midden van de Weverij werden aangeplakt; indertijd
echter met de arbeidstijdverkorting, toen men ver
schillende maatregelen ging treffen om zo efficiënt
mogelijk te werken, is dit veranderd en worden deze
bekendmakingen bij de uitgang neergehangen.
De voorzitter meent uit het gesprek met de heer
Beunk begrepen te hebben dat men graag wil dat de
aankondigingen van Spoelerij Beek neergehangen wor
den bij de uitgang naar de kleedkamers.
Spreker zegt toe dat dit bekeken zal worden.
De heer Waanders vraagt betreffende de in de
C.A.O. genoemde loondifferentiatie van 4 °/o of hier
over nog enig nieuws bekend is.
De voorzitter antwoordt hierop dat juist vóór de va
kantie hierover nog een bespreking is geweest op wel
ke manier dit het best aangepakt kon worden. Voor
het uitwerken hiervan zijn richtlijnen gegeven en
e.e.a. is in behandeling. Als men hiermee klaar is dan
zal er een bespreking zijn met de vakorganisaties.
De heer Nijland heeft van verscheidene mensen uit
zijn afdeling gehoord dat men meende dat er te wei
nig snipperuren zouden zijn berekend voor het va
kantiejaar 1964/1965.
Ook uit andere afdelingen zou men hiernaar gevraagd
hebben.
De voorzitter zegt dat dit punt ook gisteren in de
vergadering met de Contact-Commissie te Holten ter
sprake is geweest.
Het misverstand ontstaat doordat men wil uitgaan van
„3 weken vakantie", terwijl dit volgens de C.A.O.
voor ploegen 17 betaalde vakantiedagen waaronder 2
zaterdagen, resp. voor de dagploeg 15 betaalde va
kantiedagen luidt.
De heer Pavlicek licht e.e.a. nog nader toe en zegt,
dat de normaal-basis waar men bij 2 ploegen van uit
gaat, als volgt is: ploegen 8 uur per dag en 4 uur per
zaterdag, dit is dus iedere week 44 uur.
Wij hebben hier echter op verzoek van de mensen
zelf geheel afwijkende ploegen, n.l. dagen van 8,8 en
8 uur wisselend per week en dagen van 8,0 en 8,5 uur
wisselend per week.
Ervan uitgaand dat men volgens de C.A.O. 15 hele
dagen en 2 zaterdagen per jaar aan vakantie heeft,
komt men op 15 x 8 2 x 4 128 uur (hiervan wor
den 11 dagen aaneengesloten vakantie 88 uur af
getrokken).
Deze berekening is dus geheel volgens de C.A.O.
Verder niets meer aan de orde zijnde dankt de voor
zitter de leden voor hun opkomst en sluit hiermee de
vergadering.
of een kip of een kalkoen of een ander levend
wezen dat in de decembermaand het loodje moet
leggen zou u dan ook niet aan de mensen vragen
om als het dan toch moet er geen lijdensweg
van te maken?
Laat het slachten over aan iemand die er verstand
van heeft, en doe niet stoer van „dat kan ik ook
wel". Wilt u daar alstublieft even aan denken te
gen dat het Kerstmis wordt?
Een dier is geen ding, maar heeft wel degelijk
gevoel. Heeft u het dan ook!
Dank u namens de dieren.
13