IC«t{ud Kerstfeest in Israël te beschrijven is eigenlijk het zelfde als het beschrijven van een mooi landschap of van een groots gebeuren dat je hebt meege maakt. Woorden kunnen soms tekortschieten, al léén omdat het maar woorden zijn en heus niet bij gebrek aan fantasie of een te beperkt vocabu- lair. Woorden missen soms één of meer dimensies en daarom is Kerstfeest in Israël niet alleen met woorden te vangen omdat er zoveel meer is. Je ondergaat het, je doorleeft het, je proeft het, je ruikt het, je zit er midden in. Is het met woorden alleen te zeggen hoe je ge- imponeerd bent, al verbeeld je je nog zo'n kei harde te zijn, wanneer de vele klokken van Jeruzalem het Kerstfeest inluiden. Vele klokken in de wereld luiden hetzelfde, wij hebben ze in het hoge noorden horen luiden en in het zonnige Italië, we hoorden de bronzen stemmen van vele torens in ons land maar nimmer, nimmer hadden we het gevoel zo intens gevangen te zijn als in Israël, waar men niet ontkomen kan aan het ge voel dat al deze klokken speciaal voor jou luiden. Komt het omdat daar dezelfde sterren zijn die 2000 jaar geleden hun stralen naar beneden zon den, of komt het omdat er herders zijn, dezelfde herders die er toen waren? Neen natuurlijk, maai er zijn herders. En er is ook een donkere onbe wolkte lucht, waaruit je opnieuw engelen ver wacht die het: „Vrede op aarde - in de mensen een welbehagen" zullen zingen. In de verte klinkt de monotone zang der Be- doemen, die op hun drommedarissen gezeten de doortrekkende reiziger hun zegenwensen toezin gen: Salam, reiziger, salam! De kamelen knorren mee en deze geluiden, ver mengd met de rietfluit van de herders en de klanken van de oeroude herdersviool doen ons denken aan de reis van de Wijzen uit het Oosten. De reis naar Bethlehem. Een ongestoorde reis, voor zover wij weten. Een reis zonder obstakels. Nu zijn die obstakels er wel, want Bethlehem ligt niet in Israël, Bethlehem ligt in Jordanië. Een kille streep, in 1948 door de UNO bekrach tigd, deelt Palestina in twee delen. Israël en Jor danië, althans een deel van Jordanië. Bethlehem's Stal ligt dus niet langer in het Hei lige Land, maar in een Arabische staat, vandaar die grens, die de Wijzen destijds geen zorgen baarde. Nu baart het ook niet zóveel zorgen; zo in de Kersttijd zijn de bepalingen niet al te stringent en vele bedevaartgangers, maar ook vele toeristen, die, hetzij uit religieus gevoel, hetzij alleen maar om „er geweest te zijn" naar Bethlehem trekken, kunnen zonder veel moeite de reis maken. Van Door de Mandelbaum Gate trekken vele gelovigen naar Bethlehem om het Kerstfeest te vieren.

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1962 | | pagina 6