Bezoek uit Nigeria een ander was in 't zwart met rode en gouden muts, een rode sjaal om, terwijl zijn vest was af gezet met goudkoord en gouden knopen (of was het koper?). De oudste van het gezelschap, Mr. Chief Mbane- fo, Udo of Oniska, was helemaal een opvallende figuur. Omdat hij de oudste was liep hij voorop, hoewel de delegatie in feite geleid werd door de heer Jumbo. Hij was wat schraler van postuur, had op zijn muts enkele fraaie veren, droeg een vergulde staf met speerpunt aan de voet en ver der nog een waaier, versierd met enkele primitie ve figuren en een grote gouden ring aan zijn rechterhand. Overigens droegen allen Europese pantalons en schoenen. Wat kwam dit gezelschap nu eigenlijk doen? Wel, het ging hier eigenlijk om twee groepen, de eerste bestond uit leden van de Oost-Nigeriaanse Maatschappij voor Ontwikkeling en de tweede werd gevormd door leden van een Inkoopcom missie. Zij brachten, wat men zou kunnen noemen een good-will bezoek aan ons land met o.a. het doel na te gaan of hier belangstelling bestaat voor de Kenaf-vezel, die lijkt op de jute-vezel en met de teelt waarvan men op 't ogenblik in Nigeria proefnemingen doet. Wij vertelden al, dat deze mensen erg opgewekt leken. Ze waren goedlachs met veel gevoel voor humor. Anderzijds namen ze hun taak ernstig op en toonden veel belangstelling, in het bijzonder voor ons bedrijf natuurlijk, maar ook voor de meer algemene dingen. Zo hadden wij met enkele van hen een gesprek over ons staatsbestel, over ons vorstenhuis, over de E.E.G., over de levensstandaard, enz. Van hun kant hoorden wij dat Nigeria een Fe deratie is, op 10 oktober 1960 onafhankelijk ge worden en nu lid van de Common Wealth, d.w.z. het Britse Gemenebest. Het aantal inwoners be draagt ongeveer 40 miljoen, bij een oppervlakte Op vrijdag ^0 november/arriveerde er in Rijssen een bont gezelschap en He mensen die hiervan getuige waren, hebben hun ogen uitgekeken. Ons bedrijf Nkreeg n.L bezoek van 7 heren uit Nigeria, één van de negerstaten aan de westkust van Midden-A^rika/Dit was echter op zichzelf niets bijzonders, want we krijgen wel meer bezoek uit verre landen. Het aardige was echter dat 6 van deze mensen waren gekleed in wat men zou kunnen noemen plaatselijke klederdrachten. Vier van hen waren behalve vooraanstaande figuren op handelsgebied, ook stamhoofd of, zoals zij het noemden „Chief". Vele van onze arbeiders zullen de Nigerianen tij dens de rondleiding in het bedrijf hebben gezien: stevige kerels, niet lang van stuk en erg opgewekt van aard. Er was er één met een wit gewaad, op z'n hoofd een witte muts met zilver afgezet. Een ander had een geel-zwart kleed om en een rode muts. Weer Op weg naar de fabriek. 8

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1962 | | pagina 10