De Eu ropese Gemeenschap (Slot) Om zich voor te stellen wat de Europese Gemeenschap is, kan men zich het beste indenken, dat de grenzen tussen Neder land, België, Luxemburg, Frankrijk, West- Duitsland en Italië verdwijnen en dat die zes landen als het ware één groot, nieuw Europees land vormen. Waarom willen deze zes landen dat nieuwe „land" oprichten Jïet antwoord op die vraag is te vinden in Bt Verdrag dat de Zes hebben gesloten Toen ze de Europese Gemeenschap in het leven riepen. Zo'n verdrag zoals dat van de Europese Economische Gemeenschap is niet een oorkonde of een groot stuk papier waar met mooie letters een plechtige afspraak op staat. Het is veel meer. Het is een plechtige afspraak plus een heleboel bijzonderheden om die afspraak na te ko men. Anders gezegd: de zes landen beslo ten samen de Europese Economische Ge meenschap te vormen en ze troffen met een voorzieningen over de manier waarop deze gemeenschap tot stand kon komen. Alles tezamen vullen die voorzieningen een boek van ver over de driehonderd blad zijden het „Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap". Het Verdrag van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal en het Verdrag van de Europese Gemeenschap voor Atoom energie omvatten allebei ruim tweehonderd bladzijden. Wie het E.E.G.-Verdrag begint te lezen krijgt al dadelijk te zien wat onze zes lan den met hun Europese Gemeenschap wil- «n bereiken en wat daarvoor nodig is. 5rst moet de handel tussen onze landen vrijer worden. Op het ogenblik is het nog zo dat er aan de grenzen invoerrechten moeten worden betaald op iets dat uit een ander land komt. Maar in de Europese Gemeenschap zullen die invoerrechten verdwijnen. De Europese Gemeenschap moet immers zoiets als één nieuw groter „land" worden, en binnen een land zijn er nu eenmaal geen invoer rechten. Wat er wèl komt is éénzelfde invoerrecht aan de buitengrens van de Gemeenschap, net zoals er nu nog een invoerrecht is aan de grens van elk land afzonderlijk. De Europese Gemeenschap krijgt voor dat invoerrecht aan de buitengrens dus als er goederen worden ingevoerd uit landen die niet tot de Gemeenschap behoren één tariefhet zogenaamde gemeenschap pelijke buitentarief. Maar behalve goederen gaan er ook voort durend reizigers de grens over en na tuurlijk zal dat in de Europese Gemeen schap vrij kunnen gebeuren, zoals dat ook binnen één land vrij kan gebeuren. Het onderscheid dat er op het ogenblik nog wordt gemaakt tussen onderdanen van het ene of van het andere land zal verdwijnen zoals er wat betreft het aanvaarden van een werkkring of het zich ergens gaan ves tigen ook binnen één land immers geen verschil wordt gemaakt tussen mensen uit de ene of de andere provincie In het E.E.G.-Verdrag staat ook dat er een gemeenschappelijk beleid moet komen op het gebied van de landbouw en van het vervoer en verder mag „de mededinging niet worden vervalst". Dat zijn moeilijke punten waarover later in het Verdrag nog meer wordt gezegd. Vooral de landbouw is een moeilijke zaak in de Europese Ge meenschap en in de hele wereld want de landbouw is altijd in elk land het on derwerp geweest van bescherming door de overheid. Die bescherming kon men bieden aan de Nederland 17

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1962 | | pagina 17