2«- vroegen, bevestigde hij inderdaad, dat hij er mee op wilde houden, maar aan zijn gezicht zagen wij wel, dat hij het zelf ook nog niet geloofde. We zullen maar hopen, dat het niet zo'n vaart zal lopen, en dat „Dieks van het Ofdak" nog vele malen mee zal blijven doen, tot zijn eigen genoegen en tot ge noegen van die velen, waarvoor onze revue zo'n onschuldig vermaak betekent. Van de verdere medespelers mogen we niet verzuimen de heer B. Paauwe te noemen, die ook nu weer zo'n groot aandeel in de revue heeft gehad. We zagen hem als adviseur bij huwelijks moeilijkheden, leider van een cursus kin- derverzorging, raketreiziger en als wilde Braziliaan. Blijkbaar is hij van alle markten thuis, maar wij zien hem toch het liefst in de voordoekscènes, waarin hij pas goed in z'n element schijnt te zijn. In z'n element was ook de heer H. J. Schintz, als secretaris van het huwelijksbu reau, terwijl hij ook goed op dreef was als notaris bij de verkoping. Mogen wij nog even vermelden, dat wij na de pauze het stukje „De oale tied" bij zonder geslaagd vonden. Naast de vrolijkheid, die een revue nu een maal brengen moet, doet deze ietwat wee moedige terugblik op de goede oude tijd, door „Getjan en Jannoa" het bijzonder goed. Trouwens, men zag meer van die frappante tegenstellingen. De oude fabriek uit 1835 naast het huidige complex van gebouwen de kruiwagen naast de raket de cursus kinderverzorging in het boerenmilieu. We kunnen helaas niet alle medewerkers voor het voetlicht brengen, dan zouden we zo ongeveer het hele Anker nodig hebben. Maar wel moeten we nog noemen de heer ^fevan de Els, die ook in deze revue weer met ^^R'n orkest op prima wijze heeft gezorgd voor het muzikale gedeelte en enkele vlotte melodietjes speciaal heeft gecomponeerd. De heer Bakker en Mej. Mensink die ons weer vergast hebben op enkele mooie lie deren, en niet te vergeten Mevrouw Kra nenborg. Zij stelt, naar wij vernamen, al tijd zeer hoge eisen aan de meisjes en is niet gauw tevreden, maar dat neemt niet weg, dat onder haar goede leiding graag geoefend wordt. En al is het wel eens hard aanpakken op de repetities, de sfeer is er altijd buiten gewoon plezierig. Èn zo hebben we deze revue dan ook weer gehad. We hadden ons niet tot taak ge- Hej al zon tuutjen vol ehadl steld hem punt voor punt te bespreken, noch om een critische beschouwing te ge ven. Zo we al een aanmerking wilden uiten, zou het zijn, dat we graag wat meer ver schillende spelers en speelsters op het toneel zouden zien. Wanneer men er inderdaad in zou kunnen slagen de kern met enkele mensen te ver groten, zou dit, menen wij, het geheel slechts ten goede kunnen komen. Tot slot een woord van hulde voor allen die hebben meegewerkt onder de enthou siaste leiding van de heer D. J. Jansen aan het welslagen van deze revue en die al hun inspanningen beloond zagen met het gulle, welverdiende applaus, dat bij elke voorstelling zo rijkelijk heeft geklon ken. 11

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1960 | | pagina 11