%Wiit
dat het najaar het meest geschikt is om
kalk in de grond te brengen. Het beste
kan men kalkmergel nemen, deze werkt
n.l. niet zo sterk in op de humuslaag.
Men kan volstaan met eens in de 4 a 5
jaar 15 a 20 kg. per are (100 m-) toe te
dienen.
De kalk niet met andere meststoffen ver
strengen of tegelijk uitstrooien.
dat eind september de kamerplanten
naar binnen gehaald moeten worden die
deze zomer een plaatsje in de tuin vonden.
Zet ze de eerste dagen op een koele lichte
plaats.
dat het al gauw weer tijd is om
diverse bollen te planten.
Degene die in april mei genieten wil
van deze voorjaarsbloeiers kunnen deze
van begin oktober tot half november aan
de grond toevertrouwen.
De plantdiepte voor de volgende bolge
wassen zijn voor tulpen, hyacinthen en
crocussen 7 a 8 centimeter.
Fritillaria imperialis (Keizerskroon) en nar
cissen 10 a 12 cm.
Blauwe druifjes, bolirissen, scilla en
sneeuwklokjes 6 a 8 cm., dus zoveel aantal
cm. over de bollen.
dat ook de bollen voor huiskamer
cultuur opgepot moet worden, dus van
begin tot eind oktober.
„Vroeger oppotten is verkeerd daar de bol-
■Hen koelte en vocht nodig hebben om te
^'kunnen wortelen en beide vroeg in het
najaar meestal ontbreken. Wel mag er tot
half november opgepot worden, mits de pot
ten dan ook later in het licht gezet wor
den; de planten zullen vanzelfsprekend
ook later bloeien.
Als grondsoort kan men 1 deel bladaarde
en 1 deel tuinaarde vermengd met wat
scherp zand nemen. Ook de bij bloemis
ten verkrijgbare aarde in plastic zakjes
is geschikt.
Voor bollen van le grootte neemt men
potten van 10 a 12 cm. binnenwerks bo
venaan gemeten.
Het afvoergat van de pot bedekken met
een gebogen potscherf met de bolle kant
naar boven om het verstoppen te voor
komen.
De potten vult men eerst tot 3/4 hoogte
met aarde. Even licht aandrukken dan de
bol er op zetten en verder aanvullen met
aarde en daarna stevig aandrukken. De bol
moet dan zo staan, dat de bovenkant ervan
gelijk is met de bovenrand der pot..
Degenen, die een tuin bezitten, doen er het
beste aan de potten in de tuin in te gra
ven op een beschaduwde koele plaats. Men
graaft de potten zo ver in, dat er onge
veer 12 a 15 cm. aarde over komt.
Mocht het te droog zijn in het najaar
dan zorgen dat de grond vochtig blijft door
te sproeien. Zou men dit verzuimen, dan
vindt er geen 'voldoende wortelvorming
plaats en de teelt is al gedeeltelijk mis
lukt-
Wanneer er kans op vorst komt dan alles
overdekken met wat blad, riet of stro, om
dat men anders later de potten niet uit
de harde grond zou kunnen halen.
Degenen, die geen tuin bezitten kunnen
de potten in een absuluut donkere koele
goed geventileerde ruimte zetten en de
aarde daar van het nodige vocht voor
zien. De beste temperatuur is 4055° F,
vooral niet hoger.
Wanneer mogen de bollen in het licht
Op deze vraag is geen vaste datum aan
te geven, daar alles van verschillende
factoren afhankelijk is namelijk, wanneer
is men met oppotten begonnen en hoe
hebben de spruiten zich ontwikkeld
We gaan begin januari eens kijken hoe
of ze er bij staan. Zijn de spruiten 8—10
cm. lang dan mogen ze in het licht ge
plaatst worden. Zijn ze nog niet lang ge
noeg dan nog een paar weken in een
donkere koele kast.
Indien men deze kortere spruiten toch
in het licht zet, bijv. hyacinthen, dan
krijgt men de zogenaamde proppenschie
ters. De bloemsteel is dan niet lang ge
noeg. Probeer ook niet om met hoge tem
peraturen de bollen in bloei te jagen.
U zult alleen maar bereiken, dat het blad
overtollig' lang wordt en de bloemknop
pen verdrogen. (Vooral bij narcissen).
Men kan natuurlijk meerdere bollen in
pannen of platte schalen bij elkaar zet
ten, terwijl ook velen de voorkeur geven
aan het kweken op glas. Bij het kweken
op glas dient men er voor te zorgen, dat
het water juist onder de bol blijft en dat
17