6
de van huis meegebrachte boterham op te
eten en daarna ging het verder, richting
Hillegom-Keukenhof. Op een zijweg van de
hoofdstraat in de buurt van de Keuken
hof werd geparkeerd. Mocht beslist niet
van de politie, maar omdat er geen betere
uitwijkplaats in de buurt was, mocht het
wel. Het ging alles even gemoedelijk als
rustig. Na uitgestapt te zijn, terug gewan
deld naar de hoofdweg, lekker in het zon
netje en na een kwartiertje reed de eerste
van de 36 versierde wagens voorbij. Het
was een weelde voor het oog en telkens
daverde het applaus van de velen, die
langs de weg geschaard stonden, op. Men
vraagt zich onwillekeurig af hoe het mo
gelijk is uitsluitend met bloemen verschil
lende taferelen uit te beelden, maar, naar
wij vernamen, zijn hieraan ook tienduizen
den guldens ten koste gelegd. Toen de
laatste wagen gepasseerd was, fluks weer
in de bus en na een kwartiertje wandelden
den we reeds in de Keukenhof. We zullen
geen poging doen U te beschrijven hoe
mooi en uitgestrekt het hier was, daarin
zouden we tekort schieten. Ongeveer 2Va
uur hebben we daar gewandeld, telkens
weer andere en nieuwe bloemenpracht, de
ene verrassing volgde op de andere. Je
kunt alleen maar kijken, kijken en nog
eens kijken. Niet praten, daaraan heeft
men geen behoefte. Nooit schijnt de Keu
kenhof zó mooi geweest te zijn als juist op
deze zaterdagmiddag, zoals wij van ver
schillende zijden hoorden. De vroeg ont
luikende natuur van dit voorjaar, het
jonge groen in alle kleurenschakeringen
als dak boven je hoofd, de bloemenpracht,
water- en rotspartijen beneden. Een sprook
jesland. Te vroeg moesten we afscheid ne
men, want, dit was afgesproken, 4 uur aan
de bus. En ze waren er, bijna tenminste.
Eén stel liet nog even op zich wachten en
we dachten al dat hier mogelijk zeeleeuwen
gevoerd werden, als U weet, wat we be
doelen, maar het kwam wel goed. Om vijf
over 4 reden we weer, richting Amsterdam.
Natuurlijk waren ook hier de wegen opge
broken en moesten we „om", maar dat was
in dit geval helemaal niet erg. Nu kwamen
we door de prachtigste bollenvelden, recht
lijnige stukken met allerlei kleurschake
ringen; dat laat zich niet vertellen, dat
moet men zien. We zouden om 6 uur im^
Amsterdam zijn om iets te eten en dank
scheelde geen minuut aan. Klokslag
stonden we op het Rembrandtplein. Na de
maaltijd maakte een deel van ons gezel
schap nog even een tripje onder leiding
van mejuffrouw Vink, die in Amsterdam
als kind aan huis is.
Even over 9 ging het richting Riessen, maar
nu werd wél even in Apeldoorn aangelegd
voor een kop koffie. Even over half twaalf
stopte onze bus met gezelschap behouden
op het Schild, dankbaar en voldaan, vol
met nieuwe indrukken.
En dezerzijds, allemaal bedankt hoor. Ieder
heeft het zijne bijgedragen om van deze
dag een onvergetelijk uitstapje te maken.