8 waren de groentehandelaren. Een record omzet wortels voor mijn schimmel. De eer ste avonden stuurde ik mijn knecht Piet er op uit om zo hier en daar pepernoten door de schoorsteen te strooien. Eindelijk was de grote dag aangebroken waarop ik de ge schenken mocht uitdelen. Gezeten op mijn schimmel trok ik door de straten, politie voorop, en deelde zo hier en daar een ver rassing uit: Een pop, een paar schoentjes, een fluit, een stropdas en sigaren. Toen de tocht ten einde was, en ik mijn kamers weer had opgezocht, stroomden de winkels vol met mensen die hun teleurgestelde kin deren, moeders en vaders, alsnog wilden ver rassen met een cadeautje. De organisatoren deden goede zaken, maar de burgers zagen hun geld wegstromen, 't Gevolg was dan ook, dat men sindsdien de mensen van ons stadje steeds minder zag luieren. Er moest nu hard gewerkt worden om zich meer luxe te kunnen veroorloven. De neringdoenden kregen meer zorgen, meer inkomsten dus: meer belasting betalen! De gemeentelijke belastingontvanger moest extra personeel aannemen en de gemeente raad vergaderde al over de besteding van die meerdere belastingopbrengst. Allereerst moesten de wegen worden verbeterd en een nieuw stadhuis gebouwd. Uitbreidingsplan opstellen Het leek alsof er nieuw leven in ons slome Spaanse stadje was gekomen. Iedereen had het druk en ieder jaar weer kwam ik terug als goede Bisschop, tot ik hier ten laatste bleef wonen.3') De omliggende gemeenten zagen met lede ogen dat het in ons stedeke zo goed ging. Het gevolg was natuurlijk, dat elke plaats iets dergelijks ging organiseren, ik had de goede gevolgen in onze stad waar genomen en het zodoende aan alle aanvra gen om hulp voldaan. Het is begrijpelijk, dat ik nu geen ogenblik tijd meer heb voor iets anders. In die 1500 jaar heeft het Sinter klaasfeest een enorme vlucht genomen. In Nederland doet men er nog het meeste aan op het ogenblik. Mijn verjaardag, 6 Decem ber, kan niemand vergeten, men wordt er wel aan herinnerd. Ja, 't zal me benieuwen wat het dit jaar weer wordt", sprak de Sint, terwijl hij zijn tabberd aantrok, „het vorige jaar ben ik me zelf tegengekomen op straat, ik ben te ou' om me daarover op te winden, maar tocfi vind ik, dat de politie daar iets aan moest doen". „Als U nu eens een ogenblikje stil stond", zei toen de grimeur, „dan zijn we misschien nog op tijd klaar. De Zwarte Pieten moeten ook nog helemaal worden geschminkt Ik werd dus immigrant.

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1955 | | pagina 10