Mededelingen
Op een vraag of er dit jaar nog textiel zal worden
verstrekt antwoordt de Directie, dat dit volgens
haar mening ook in andere bedrijven dit jaar
zal ophouden.
VAN HET ZIEKENFONDS.
het resultaat hiervan af te wachten, waarna men
event, later dit werk in tarief kan laten uitvoeren.
5. Gezinshulp.
De kern zegt, dat in enkele gezinnen de hulp is
weggehaald, waar deze echter nog wel nodig bleek
te zijn. Zij vraagt of dit wel juist is en of men wel
over voldoende gezinshulp beschikt.
De Directie meent te weten waar deze vraag uit
voorkomt en meent, dat dit geval beter in de loop
van de dag met de betr. kernleden op het Kantoor
kan behandeld worden.
Rondvraag.
De kern vraagt of de doorlichting wel voldoende
effect heeft als niet iedereen naar de keuring gaat.
Zij stelt voor om dit verplicht te stellen.
De Directie antwoordt, dat dit niet zo gemakkelijk
is, doch dat het bij een volgende doorlichting de
aandacht zal hebben van de Directie om deze
keuri ngen verplicht te stellen.
Verder wordt gevraagd hoe de regeling is met de
snipperdagen voor meisjes, die regelmatig 1 of
meer dagen per week thuis zijn.
De Directie antwoordt, dat deze vraag aan de
Vakraad is voorgelegd.
Hierna sluiting.
In overleg met de Nederlandse Maatschappij tot
bevordering der Tandheelkunde en met het Cen
traal Overleg van Ziekenfondsenorganisaties deel
ik U mede, dat de Ziekenfondsraad in verband met
de noodzakelijk geachte sanerings- en bezuinigings
maatregelen op het terrein van de tandheelkundige
hulp heeft besloten tot invoering, met ingang van
1 Juli a.s., van de volgende regelingen, welke gel
den zowel voor verplicht als voor vrijwillig-verze-
kerden,
I. Tandvullingen.
a. Bijbetaling voor vullingen.
Personen, van wie het gebit nog niet is nagezien
door de tandarts en dus nog niet volledig klaar
gemaakt is, van 30 jaar en ouder zijn voor een
vulling een bijbetaling van f 2.— verschuldigd.
Het totale bedrag, dat de tandarts voor een vul
ling ontvangt, blijft ongewijzigd, zodat hij aan
het ziekenfonds voor een vulling op één vlak
f 0.50 en voor een vulling op meer dan één vlak
f 1.— declareert. De leeftijd van de patiënt bij
het begin van de behandeling is beslissend voor
het bedrag van de verschuldigde bijbetaling.
b. Zenuwbehandeling.
Ofschoon volgens de voorgeschreven richtlijnen
zenuwbehandeling bij niet geheel klaargemaak
te gebitten, behalve in de in het rondschrijven
van 25 Januari 1944, IV Afdnr. 25150, onder
B II, b, c. en d genoemde uitzonderingsgevallen,
niet mag worden verricht, is gebleken, dat in
de practijk aan deze beperking niet steeds de
hand wordt gehouden.
Niet alleen kan dit niet langer worden toege
staan, doch bovendien zal ook in bedoelde uit
zonderingsgevallen deze behandeling, ten be
hoeve van niet-afgewerkte gebitten niet meer
mogen worden verstrekt.
Voortaan zullen dus, indien dit in het kader van
de voorgeschreven behandelingswijze past, slechts
de verzekerden, die in het bezit zijn van de Tand-
artskaart (model III), in aanmerking komen voor een
zenuwbehandeling met bijbehorende vulling.
In overeenstemming met haar toezegging hierom
trent aan het Centraal Overleg van Ziekenfonds
organisaties heeft de Nederlandse Maatschappij tot
bevordering van de Tandheelkunde echter een
dringend beroep gedaan op de tandartsen om in
bedoelde uitzonderingsgevallen aan de niet-gesa-
neerde verzekerde niet meer in rekening te bren
gen dan het bedrag dat voorheen door de verze
kerde en het fonds tezamen werd betaald (f 3.501
voor de zenuwbehandeling plus f 2.50 respectieve
lijk f3.— voor de vulling).
Vorenbedoelde uitzonderingsgevallen doen zich
voor;
1indien om medische redenen het trekken van
een tand bepaald ongewenst is; zo zal bijvoor
beeld zenuwbehandeling mogen worden ver
leend, indien de huisarts van de patient trekken
ontraadt;
2. indien tengevolge van een ongeval één of meer
tanden zodanig zijn beschadigd, dat voor het
noodzakelijk behoud hiervan de tandarts zenuw-
behandeling noodzakelijk acht;
3. indien op tandheelkundige gronden ernstig be
zwaar bestaat tegen het trekken van de desbe
treffende tand, bijvoorbeeld indien de tand, die
eigenlijk moest worden getrokken, een noodza
kelijk steunpunt voor een gedeeltelijk gebit is.
Dit geldt ook ten aanzien van een tand in een
overigens goed en intact gebit, waarbij door hetl
behoud van deze tand het gebit tegen grotere
nadelen wordt behoed.
II. Kunstgebitten.
a. Bijbetaling voor gebitten.
De bijbetaling door de verzekerde voor een vol
ledig gebit wordt verhoogd met'f 10.— en voor
gebitten van 11 tot en met 14 tanden met f5.
Het aandeel van het Ziekenfonds wordt met ge
noemde bedragen verlaagd.
De nieuwe bijdragen van fonds en verzekerde
worden dus als volgt:
voor een vol kunstgebit:
1. bij een verzekering gedurende 6 maanden
of langer: verzekerde f 55. ziekenfonds
f 45.-";
2. bij een verzekering gedurende 3 maanden
of langer, doch korter dan 6 maanden: ver
zekerde f 75. ziekenfonds f 25.—