mag de bijbetaling slechts eenmaal worden geëist. Hierdoor wordt het gezin niet te zwaar belast en ontstaat bovendien voor de verzekerden een prikkel om te bevorderen, dat verschillende gezinsleden op één dag behandeld en dus tegelijk vervoerd kunnen worden. Aangezien de last van bijbetaling voor verzekerden die vaak vervoerd moeten worden, aanzienlijk kan zijn, is een zekere verzachting voor hen wel billijk. Derhalve is bepaald, dat, indien in een kalender maand of in een periode van 30 dagen een verzekerde voor zich en zijn gezinsleden in totaal meer dan f 10,heeft moeten bijbetalen, het ziekenfonds het bedrag boven f 10,na overlegging van de nodige bewijsstukken zal terug betalen. (Onder gezin in dit en het hierboven ge noemde geval moet worden verstaan man, vrouw en kinderen beneden 16 jaar.) Voor het ambulance-vervoer (waar onder niet moet worden verstaan vervoer met gewone auto's, welke incidenteel door het inschuiven van een brancard voor liggend vervoer van zieken worden ingericht) is geen bijbetaling verschuldigd. Als gevolg van het streven der zieken fondsen naar combinatie van vervoeren, komt het evenwel m uitzonderingsgeval len voor, dat met een ambulance-auto tevens verzekerden worden vervoerd, die ook per gewone auto zouden kunnen worden vervoerd. In deze gevallen ware bijbetaling van deze verzekerden alleen te bevorderen, indien dit niet op te grote administratieve bezwaren stuit. Bepaalde voorschriften zijn hiervoor niet te geven. De uitvoering der bijbetalingregeling zal aldus moeten geschieden dat de ver voerders de bijbetalingen innen. Op hun declaraties aan de ziekenfondsen zullen zij een gespecificeerde opgave van de geïnde bedragen moeten geven. Heeft een ver zekerde zelf de ritprijs betaald, dan betaalt het fonds dit bedrag terug, verminderd met de bijdrage. Het verdient aanbeveling, dat de ziekenfondsen komen tot een uniform formulier voor de declaratie der ver voerders aan de ziekenfondsen en ook tot een uniform bewijs van betaling voor de gevallen, waarin de verzekerde de ritprijs zelf betaalt. Op dit betalingsbewijs dient de fooi afzonderlijk te worden ver meld, dm te voorkomen, dat de verze kerde een dubbele fooi betaalt, hetgeen thans meermalen het geval blijkt te zijn. Voor het overige blijven de voorschriften betreffende het ziekenvervoer van het rondschrijven van de Commissaris, belast met het toezicht op de Ziekenfondsen van 30 Juli 1943, afd. IV, Nr. 16301, on verminderd van kracht. I. Om tegemoet te komen aan een wens, welke jaren lang is geuit door verzeker den, die ver van de medische centra wonen, en mede op verlangen van zie kenfondsen en andere instellingen, heeft de Ziekenfondsraad besloten, bij wijze van proef, tot invoering van een voorlo pige regeling tot gedeeltelijke vergoeding van REISKOSTEN. Een dergelijke regeling schijnt in strijd te zijn met het streven naar beper king van de kosten van het ziekenfonds wezen. Echter zullen bij de bestaande toestand ongetwijfeld meer reizen per auto worden gemaakt dan het geval zou zijn, indien een gedeeltelijke vergoeding van de kosten voor een reis per openbaar middel van vervoer kan worden gegeven. De kosten van een regeling inzake ver goeding van reiskosten zullen dus althans enigermate worden gecompenseerd door de daling van de kosten van het vervoer per auto, afgezien nog van de invloed der hierboven vermelde bijbetalingsregeling. De hieronder volgende regeling is bedoeld als een aanvulling van het rond schrijven van de Commissaris, belast met het toezicht op de Zfekenfondsen, van 30 Juli 1943, afd. IV, Nr. 13601. a. De verzekerde, die met voorafgaande machtiging van zijn ziekenfonds, ver leend na medische controle, ingevolge artikel 3 van het Derde Uitvoerings besluit ingevolge het Ziekenfondsen- besluit voor onderzoek of poliklini sche behandeling een specialist be zoekt, die geen zitting houdt in een der specialistencentra, waarheen de verzekerden van het ziekenfonds zich in normale gevallen begeven, heeft aanspraak op vergoeding van de kosten van het reizen ïn de laagste klasse van een openbaar middel van vervoer (spoor, bus of boot voor zo ver de kosten per reis meer dan vijf gulden bedragen, met dien verstande, dat in dat geval tenminste f 1,wordt uitgekeerd, zulks om te voorkomen, dat de verzekerden bedragen van enkele dubbeltjes of centen ont vangen. (Bedragen de kosten f 5,dan krijgt de verzekerde dus geen ver goeding bedragen zij f 5,01, dan krijgt hij f 1, b. De verzekerde, die binnen een tijds verloop van 3 maanden meer dan eens bij dezelfde persoon of instel ling, al dan niet in het werkgebied van het ziekenfonds, een behandeling moet ondergaan voor rekening van het ziekenfonds, heeft aanspraak op vergoeding van de reiskosten der laagste klasse, voor zover deze in totaal in genoemd tijdvak meer dan f 20,bedragen. De minimum uitkering wordt hierbij gesteld op f 2,50.

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1950 | | pagina 3