Spori.
21-6-49 H. Scherphof
25-6-49 H. ten Berge
2-7-49 J. Schapink
13-7-49 W. ter Keurst
Spinnerij Boomkamp 13-7-49 G. Bekkernens Weverij Beek
Sociale verzorgster
Timmerkamer
Naaierij
40-j arig jubileum:
25-6-49 Mej. J. Harmsen Naaierij
14-7-49 G. Kreijkes Baas Spinnerij
14-7-49 Mej. H. Ligtenberg HoofdschafsterSpinn.
15-7-49 Strokap Smeerder Spinnerij
15-7-49 J. W. Wessels Stoflokaal
15-7-49 J. Dommerholt Plaatswerkers
Daar staan wij dan in ons hempje, weg
kampioenschap kantoor. En dan niet uit te vlak
ken alle speldeprikken, die wij hebben te incasseren.
Je kunt geen speler van de „Beek'' tegenkomen
of hij kijkt je met een scheel oog meewarig aan
en toen wij laatst op een Zondag naar buiten
trokken met de fiets om daar vertroosting te zoe
ken werden we plotseling opgeschrikt met de vraag,
hoe het nu ging. Natuurlijk weer een uit de Beek,
die je zelfs daar niet met rust laat. Maar, eerlijk
is eerlijk, we ontvingen ook vele blijken van har
telijkheid en meeleven en daar zijn wij uiterst
gevoelig voor. De post bezorgde een keurig visite
kaartje met het volgende uitknipsel:
„en toch wordt het kantoor dit jaar kampioen,
voel ik bij intuïtie. Wie was het toch, die
Ook dat intuïtie gevoel had". P.C. M
Zo iets beurt je op, dat sterkt je in je misrekening
en diepe teleurstelling, waaronder wij gebukt gaan.
Dat bewijs van medeleven sterkt ons, als wij
bovenstaande foto bekijken van het elftal, dat
alle intuïties aan zijn voetballaars heeft gelapt.
Moet je onze vriend Mulder zien, zo echt een
gezicht van „wie doet me wat". En dan onze
„Kamstgrimmig gezicht, waarop duidelijk te
lezen staat dat hij zijn man zal staan en wat hij
ook heeft bewezen. Wij hadden vóór de wedstrijd
gedacht link te zijn en Jan Smalbrugge enige
keren om monsters, die wij niet eens nodig hadden,
de lange trap naar Jan van de Akke laten be
klimmen, wetend, dat de lift buiten werking was.
Alles doelloos, hij voetbalde beter dan in enige
wedstrijd. Volgend jaar laten we de kantoorelf
ook trappen klimmen. Op het gezicht van Stein
staat te lezen, dat hij er het zijne van denkt en